Als je jouw hond vogels of andere kleine dieren ziet achtervolgen denk je misschien dat het een hele goede jager is maar als de inhoud van de vuilnisbak versnipperd en verspreid over de vloer ligt is zoeken naar afval ook een mogelijkheid om te foerageren.
Als honden een ondersoort van de grijze wolf zijn waarvan 98,8% van het DNA nog intact is is jagen een onderdeel daarvan. Zij zijn samen met de mens zo'n 15.000 jaar geleden begonnen met de evolutie tot de honden van vandaag.
Wat is jachtgedrag
Jagen bestaat uit de volgende onderdelen
- opmerken door middel van geur, gehoor of zicht
- besluipen en zo dicht mogelijk bij de prooi zien te komen
- achtervolgen
- bijten
- schudden
- doden en opeten
Honden die voor plezier jagen doen dit voornamelijk uit het instinct geërfd van de wolf. Het is een reflex die meestal wordt aangezet door beweging. De oren worden gespitst en binnen een fractie van een seconde is de razernij van de achtervolging begonnen.
Al vanaf het moment dat pups interactie hebben met de omgeving wordt het jagen geoefend tijdens spel met nestgenootjes en later als ze bij ons in huis wonen met speelgoed. Het besluipen, najagen, bespringen en schudden van het speeltje zijn bekende handelingen. Veel honden zullen het opeten nabootsen door de ingewanden van de knuffel vakkundig te verwijderen.
Afvaleters
En hoe zit het met aaseters? Dit zijn dieren die zich voeden met dode dieren of ander voedsel dat wordt achtergelaten in de buurt van hun leefgebied.
Van jagers naar jutters
Uit onderzoek van Raymond Coppinger is naar voren gekomen dat niet de mens wolven hebben gedomesticeerd maar dat wolven dit zelf hebben gedaan toen aan het einde van de ijstijd mensen voor langere tijd op dezelfde plek bleven wonen en afval gingen produceren die op stortplaatsen werd gedeponeerd. Wolven werden door deze plekken aangetrokken om naar etensafval te zoeken. Hoewel de wolf van nature een jager is zal hij liever zijn toevlucht tot jutten nemen. Dit heeft zeker voordelen. De jacht heeft meerdere risico's zoals het mislukken van 50%, het hoge energieverbruik en de kans op letsel.